Schorsing en stuiting uitgelegd
Een van de vragen die je stelt als je de verjaring nakijkt, is of de verjaring gestuit of geschorst is. Het antwoord op deze vraag heeft een gevolg voor het startpunt van de verjaringstermijn.
Stuiting door de schuldeiser
Bij stuiting begint de verjaringstermijn opnieuw vanaf nul te lopen omdat de schuldeiser een aantal acties stelt, ook wel stuitingsdaden genoemd (Art. 2244 oud Burgerlijk Wetboek). Hieronder vind je een overzicht van de stuitingsdaden en hun gevolgen.
Gevolgen
Stuitingsdaad
Een dagvaarding voor de rechter:
De verjaringstermijn stopt en begint opnieuw te lopen.
Een officiële betekening van een bevel tot betaling of beslag door een gerechtsdeurwaarder:
De verjaringstermijn stopt en begint opnieuw te lopen.
Een aangetekende brief met ontvangstbewijs door een advocaat, gerechtsdeurwaarder of vakbond:
De verjaringstermijn wordt verlengd met één jaar. Deze stuitingsdaad kan slechts één keer gesteld worden.
Schuldeisers stuiten de verjaring om te voorkomen dat een schuld verjaart. Dit kan in principe onbeperkt. Het kan ervoor zorgen dat de invordering van een schuld eindeloos mogelijk blijft.
Een (aangetekende) brief, herinnering of aanmaning verstuurd door een schuldeiser stuit de verjaring niet. Sommige overheidsinstanties, zoals de fiscus, kregen wel de wettelijke bevoegdheid om de verjaring zelf te stuiten met een aangetekende brief.
Stuiting door de schuldenaar
Een persoon met schulden, ook wel een schuldenaar genoemd kan de verjaring ook zelf stuiten (Art. 2248. oud Burgerlijk Wetboek). Als hij of zij een schuldbekentenis ondertekent of een vrijwillige betaling doet, begint de verjaringstermijn opnieuw van nul te lopen.
Opgelet! Ook als schuldbemiddelaar kan je de verjaring stuiten. Je kan een schuldeiser bijvoorbeeld meedelen dat jouw cliënt geen geld heeft om een bepaalde schuld te betalen. In een eerste contact met schuldeisers vraag je best enkel de bewijsstukken op waarmee je de schuld kan beoordelen. Je kan een schulderkenning voorkomen door de formulering “met alle voorbehoud van recht en zonder nadelige erkentenis” op te nemen in elke e-mail of een brief naar een schuldeiser.
Schorsing
Bij schorsing wordt de verjaringstermijn van een schuld onderbroken of geschorst. Dat gebeurt bijvoorbeeld wanneer er een bemiddeling wordt opgestart om een gerechtelijke procedure te vermijden. De verjaringstermijn wordt dan geschorst tot na de bemiddeling. Zodra de bemiddeling erop zit, begint de termijn opnieuw te lopen. In de praktijk komen schuldbemiddelaars schorsing minder vaak tegen dan stuiting.
